Functioneel Neurologische Stoornissen
FNS (Functioneel neurologische stoornis)
Wat is het
Bij een functionele stoornis is er sprake van een stoornis in een lichamelijke functie, waarbij er lokaal en neurologisch geen afwijkingen gevonden kunnen worden. De stoornis kan zich uiten met verschillende symptomen, die zowel individueel als samen kunnen optreden. De meest voorkomende vormen van FNS zijn:
*Loopstoornissen zoals “buckling knees” waarbij men het gevoel heeft door de knieën te zakken, of slepen met één of beide benen
*Motorische uitval van de functie van één of meerdere lichaamsdelen, vaak aan dezelfde kant van het lichaam. Men kan bijvoorbeeld een been of arm niet meer (goed) bewegen.
*Gevoelsstoornissen van de huid, waaronder een doof gevoel, tintelingen of andere waarneming van sensaties zoals warm en koud.
*Schokken of tremoren van één of meerdere lichaamsdelen (vaak de handen).
*Non-epileptic attacks (NEA). Hierbij treden aanvallen op die lijken op epilepsie, maar waarbij onderzoek uitwijst dat er geen sprake is van epilepsie. Iemand kan wegvallen en stoppen met reageren of zelfs volledig buiten bewustzijn raken, met of zonder convulsies (schokken). Achteraf blijkt er, net zoals bij epilepsie, vaak sprake van kortdurend geheugenverlies.
*Slik- of spraakproblemen zonder dat er een dysfunctie is van de mond, tong, stembanden, slokdarm, en zonder achterliggend neurologisch probleem.
Oorzaken
Eerder heette FNS ook wel “conversiestoornis”. Deze term wordt door veel mensen nog steeds gebruikt maar klopt eigenlijk niet helemaal meer. Vroeger dacht men dat er bij FNS sprake was van trauma of andere psychologische problematiek die zich omzette in fysieke klachten, vandaar ook de term “conversie”. Tegenwoordig weten we dat FNS ook kan optreden wanneer er géén sprake is van deze dingen, hoewel ze wel een trigger kunnen zijn. Vaak is het moeilijk om te achterhalen wat precies de trigger voor het ontstaan van de stoornis was.
Statistisch gezien krijgen de meeste mensen gedurende hun leven te maken met één of meerdere functionele symptomen, maar trekken deze vaak snel voorbij. Zo missen we allemaal weleens een trede op de trap, struikelen we over onze tong of hebben we ineens een schok in één van onze ledematen. Vaak blijft het bij die ene keer, en denken we er niet zo veel van. Als het probleem zich herhaaldelijk voor blijft doen, kan het zich ontwikkelen tot FNS.
Aandacht speelt hierbij een belangrijke rol; hoe meer we de focus leggen op het probleem, hoe erger het wordt. Een veel voorkomend voorbeeld is dat men met het been sleept tijdens het lopen, maar dit probleem verdwijnt als we het looppatroon aanpassen of achterstevoren lopen. Dit kan verwarrend zijn voor mensen in de omgeving, en soms kan men zelfs het gevoel krijgen dat de aandoening “nep” of gespeeld is, maar bij FNS is dat niet het geval. Er is simpelweg sprake van een communicatieprobleem tussen het brein en het lichaam, terwijl alle onderdelen op zichzelf nog prima werken. Als wij een beweging onbewust uitvoeren, wordt dit in het brein op een andere manier verwerkt dan wanneer we dit bewust doen. Dat is waarom afleiding vaak tot een verbetering van klachten leidt.
De klachten, en het onbegrip van de omgeving, kunnen vaak leiden tot frustratie, angst, vermijding van bepaalde bewegingen of sociale situaties, of een overmatige focus op lichaamssignalen. Deze emoties en gedragingen kunnen op termijn de klachten in stand houden, waardoor een vicieuze cirkel ontstaat.
Diagnose
De diagnose FNS wordt gesteld door een neuroloog, meestal nadat andere neurologische aandoeningen uitgesloten zijn. Vervolgens worden er tests uitgevoerd die specifiek bedoeld zijn om de diagnose FNS te bevestigen, zoals de Hoover test.
Toch komen functionele symptomen ook vaak voor bij mensen die al een andere diagnose hebben, zoals bijvoorbeeld Multiple Sclerose (MS), Myotone Dystrofie (MD) of Parkinson. Dat maakt het soms moeilijk om te onderscheiden welke symptomen functioneel zijn, en welke bij de andere aandoening horen. Daarom is neurologisch onderzoek erg belangrijk voor het stellen van de juiste diagnose. Vervolgens verwijst de neuroloog je door naar één of meerdere behandelaar(s).
Wat kunnen wij voor u betekenen
Een fysiotherapeut die gespecialiseerd is in het behandelen van FNS kan helpen bij functionele loopstoornissen, beweeg- en gevoelsstoornissen, schokken en tremoren. Bij slik- en praatproblemen wordt iemand doorgaans verwezen naar een logopedist, bij non-epileptic attacks naar een gespecialiseerde psycholoog. Soms, als er sprake is van complexe problematiek en/of trauma, wordt er gekozen voor een multidisciplinair behandeltraject.
De fysiotherapeutische behandeling is meestal een combinatie van voorlichting, oefentherapie, oefeningen en tips voor thuis, en soms ook ontspanning- of ademhalingsoefeningen. Sommige fysiotherapeuten passen ook hypnotische technieken toe. Tijdens de behandeling wordt regelmatig feedback gegeven, vaak in de vorm van foto’s en video’s, om te laten zien wat het lichaam doet tijdens afleiding. Dit kan voor een patiënt geruststellend werken, omdat deze kunnen bevestigen dat het lichaam wél goed functioneert, maar de aansturing soms verloren gaat.
In veel gevallen kunnen de symptomen van de ene op de andere dag als sneeuw voor de zon verdwijnen. Soms nemen deze langzaam in ernst af totdat deze op een gegeven moment weg blijven. Dit kan een proces van dagen zijn, maar soms ook maanden. Wat in ieder geval een geruststellende gedachte is, is dat FNS goed behandelbaar is en de klachten slechts zeer zelden blijvend zijn.
Suzanne is opgeleid en aangesloten bij www.stichtingfns.nl